De oorsprong van de Witte Kerk van Hemrik.
Hemrik werd lang geleden ook wel De Hem(e)rick(en) genoemd. In oude geschriften wordt al vermeld, dat er in 1315 een kapelletje stond. Op de fundamenten van een middeleeuws kerkje werd in 1739 de huidige kerk gebouwd. Voor deze gepleisterde driezijdig gesloten zaalkerk is waarschijnlijk gebruik gemaakt van het muurwerk van de oude aan St. Andreas gewijde kerk. In de kerk is een 17e eeuwse preekstoelkuip.Het gebouw staat op de monumentenlijst van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.
Het orgel is een gedeelte van een orgel uit Woudsend, gebouwd door Bakker en Timmenga in 1940. Dit orgel moet door twee personen “bespeeld” worden: de organist en de “pûstertraper” voor de blaasbalg.
De klokkenstoel en de grafkelder
In 1739 werd de verbouwde kerk ingewijd door Ds. Nicolai. Een toren kon er in de achttiende eeuw kennelijk niet meer af, maar er stond ook al een klokkenstoel met twee klokken.
In 1494 werd de eerste klok in Hemrik gegoten door de reizende klokkengieter Gerhard de Wou en dit gegeven wijst erop dat er in die tijd hier al mensen woonden. Op de klok met een doorsnede van 100 cm. en een gewicht van 650 kg. staat:
‘Sanctus Andreas is myn naem
Myn gheludt sy gode bequaem
Gerhardus de Wou me fecit’
Anno domini MCCCCXCIV (1494)
Naast de begraafplaats bevindt zich de familiebegraafplaats van de familie Van der Sluis met de grafkelder die in 1860 in opdracht van Jan Alles v.d. Sluis gebouwd is. Als eerste werd voornoemde J.A. v.d. Sluis hierin bijgezet en als één van de laatsten Engbert Piers v.d. Sluis. Er liggen in totaal 36 personen in deze grafkelder. Naast de grafkelder ligt een gedenkplaat met de stamboom van de familie. In de naaste omgeving van de grafkelder zijn latere leden van deze familie begraven.